"maart 2011"
 Februari
2011
 
April
2011
Dinsdag 1
We kunnen ons maar moeilijk losmaken van de thuishaven, want nu we er langs varen blijven we weer even liggen. Ma is net thuis uit het ziekenhuis van een onderzoek, dus daar gaan we even op bezoek. Zien we zus ook weer eens, want die is overgekomen om ma een beetje bij te staan.

Woensdag 2
Dan zouden we nu toch echt aan de reis kunnen beginnen ware het niet dat het blauwe signaal bord dienst weigert en die heb je toch best regelmatig nodig. Zeker ook op de beneden Seine met al zij eilandjes. Hoewel het reglement het daar eigenlijk niet kent is het daar toch ook algemeen gebruikelijk. Dus dat ding moet eerst gerepareerd. Dat je met zo'n betrekkelijk eenvoudig stuk techniek toch nog een tijd zoet kan zijn is niet goed voor je ego. Gelukkig stuit een professionele monteur op dezelfde problemen en is toch ook nog even bezig. Hoewel dat dus goed is voor mijn zelfvertrouwen is dat niet het geval voor mijn portemonnee. En denk met weemoed terug naar tijden dat je dat blauwe bord gewoon met een touwtje vanuit de stuurhut kon bedienen. Véél goedkoper en héél bedrijfszeker.

Reactie van
Ali
Daarbij was het blaue bord met het touwtje destijds super modern. Veel makkelijker dan de vlaggestok met de blaue vlag die je van de luiken moest halen, afrollen en in de stokhouder moest zetten. Bovendien veel beter te zien. Wat hebben we vaak staan turen: Heeft\'ie zijn vlag uit of niet?

Reactie van
KVM
Mag dat dan niet meer, met het touwtje ??

Reactie van
Janarie
Jawel hoor, Dat mag nog steeds, maar bij het plaatsen van onze autokraan destijds moest het blauwe bord een stukje verhuizen en toen zijn we van het touwtjes systeem afgestapt.

En voor Ali. Dan is er nog niet zo heel veel veranderd want nu moeten we nog steeds af en toe goed turen of \'ie nou een bord uit heeft of niet.

Donderdag 3
S'morgens een beetje fris, maar daarna heb je een mooie dag om over Zeeuwse stromen te varen. De hemel kleur is ongeveer dezelfde als we een week in de Dolomieten mochten ervaren. En dat is dan ook meteen de enige overeenkomst met daar. Hier is het zo plat als een pannenkoek. Zelfs het water.

Vrijdag 4
Het is alweer een tijdje geleden. We varen Frankrijk in. Het voelt een beetje als thuiskomen. Hoewel het vandaag vrijdag is hoeven we geen kinderen te halen. Die worden gebracht. Roeland heeft deze week vakantie en komt bij ons aan boord nog wat vaardagen op doen. En neemt meteen de kinderen mee.

Vrijdag 4
Vrijdagmiddag: rond 16.00 uur de kinderen van Janarie en Henny opgehaald op het internaat. Ingeladen en richting Palluel in Frankrijk waar Janarie met de Westropa denkt te komen vanavond. Van mijn Tjaffertje kieren de kunststof zijramen nogal en uit voorzorg heb ik de kieren met duck-tape wind dicht gemaakt. Volgens de TomTom zijn we rond 19.30 uur bij het schip. Als ik dat vast meld bij het wegrijden klinkt Janarie zijn antwoord wat verrast: dat is snel!? We raken al snel in de files bij Utrecht en naderhand in langzaam rijdend verkeer in Antwerpen. Optrekkend en afremmend verkeer, ik probeer steeds voldoende afstand te houden. Als ik dan toch opeens voor de Kennedy-tunnel hard moet remmen zie ik een witte hagel-nieuwe Fiat cinquecento in mijn linker zijspiegel opdoemen die hard remmende op mij afschuift. Ik laat mijn rem vast los om de impact wat te verzachten maar de verwachte klap blijft uit. Wel hoor ik een tweede auto piepend remmen en achter de Fiat klinkt dan wel de bekende plof. Oranje waarschuwingslichtjes gaan achter mij aan, dat zal wel prijs zijn geweest. De kinderen merken er (gelukkig) weinig van, druk met zichzelf en de ander. Met hulp van de Tomtom tref ik de Westropa in het nachtelijk Arleux. Kinderen naar binnen, auto erop en door naar de eerstvolgende sluis waar we vastmaken. Henny vraagt of ik zin heb in iets lekkers, ja waarom niet. Ze heeft een nieuwe blender/mixer en tovert allerlei drankjes. Sangria: sinaasappelsap met rode wijn, cointreau en nog meer. Heerlijk! Na twee glazen word ik heerlijk soezig en duik ik in mijn bed.

Zaterdag 5
Half zeven gaat de sluis open. Bij Marquion waar het vorige keer stik druk was, is geen schip te bekennen. Ik vaar door de tunnel van Ruyalcourt. Eerst moeten we er voor wachten en daarna nog een keer halverwege in de tunnel, in het bredere stuk, wachten op een passerende tegenligger. Ik word ondanks de redelijk lage vaarsnelheid eigenlijk toch nog verrast door de stilliggende voorganger in de tunnel, die als een donkere schaduw dan toch steeds dichterbij komt. Het is een grauwe wat mistige dag, de zon blijft weg. Een bekende van Janarie vaart ons een beetje achterop. Dus gaat de marifoon op 77 wordt er (veel!) bij gepraat. Hij vaart veel alleen. Henny en Janarie nodigen hem uit voor het avondeten, waar hij na enig aandringen gebruik van maakt. De kinderen spelen (hoe kan het ook anders) met een houten “Westropa”en bakken en een duwer. De koperen grijper krijgt echt een functie als Janarie nog een zak mais (een controlezakje van een eerdere lading) in het herft vind, niet echt tot vreugde van Henny, maar de kinderen zijn er blij mee. De hele dag wordt er mais overgeslagen. Janarie probeert nog wat mais te poffen maar daar is deze mais blijkbaar niet geschikt voor. Gelukkig is er betere aan boord. We maken vast voor Peronne. De Sangria blijft lekker.

Zondag 6
Uitslapen tot kwart voor acht, ivm de zondagsdienst op het Canal du Nord. Een koude nacht, ijs op het voordek. De buurman vaart weer met ons mee, de marifoon blijft op 77 staan. Henny wil rond enen van boord af, de kinderen moeten terug naar het internaat. Bij een loskaaitje zetten we de auto weer op de kant en zwaaien Henny en de kinderen uit. De buurman wisselt van plaats, hij vaart ondertussen door. Ik voorzie de muggenhorretjes van nieuw muggengaas, een hor is vorige keer volledig vernield tijdens een uitbraak van laska!. Anderen zijn aan een revisie toe. 'S avonds maakt Janarie een couscous maaltijd warm, de buurman eet z'n eigen hapje: zuurkool met worst. We eten tijdens het varen. Voor de sluis van Bellerive maken we vast. Ik tracht het schip netjes achter de buurman tegen de kade te leggen, maar dat lukt maar beperkt: De 336 ton rollen staal willen niet meteen doen wat ik wil en plaatselijke ondiepte doet de rest. Het schip maakt flink contact met de kade, even ben ik bang dat er rollen omvallen, maar dat blijkt mee te vallen. 'S avonds gaan we een pilsje drinken bij de buurman, leuk om weer eens een ander schip te zien en vooral de andere indeling. Hij heeft er zelfs een bad(-je) in zitten! Na een douche duik ik in mijn bed. Als ik rond enen in de nachtelijke vrieskou buiten sta te plassen zie ik Henny aan de overkant het schip zoeken, bijna terug van haar expeditie.

Maandag 7
Om 6.30 uur aan dek, de auto van Henny op de roef zetten. Boodschappen op de luiken. Ondertussen gaat de sluis open. Een mooie dag, de zon prikt er al snel doorheen. In Janville springt Henny in de sluis van het schip en haalt vers brood, ook voor de buurman. Verder de l'Oise af. Janarie en ik wisselen elkaar af. Henny voelt zich niet helemaal lekker en duikt haar bed terug in. De buurman haakt af en maakt vast. Een andere Franse bekende van Janarie neemt zijn plaats in. Henny komt weer boven water. De afnemer belt of we morgen ochtend in Limay zijn? Dat is krap, maar op zijn verzoek varen we vanavond een paar uur door. Ondertussen heeft Janarie een vervolg reis aangenomen, maar dan moesten we wel vrijdagochtend kunnen laden in Montargis. Dus dat wordt ook morgen weer aanpoten. Op de eerste sluis van de Seine loop ik naar het “bureau de declaration”, de sluiswachter zet twee (!) stempels op de formulieren en verder gaan we weer. Het is ondertussen donker geworden en de radar gaat aan. We wisselen elkaar af met het warm eten. We draaien de Seine af, ook voor Janarie en Henny minder bekend terrein. De Guide de Navigation Fluvial ziet er nog redelijk ongebruikt uit terwijl die van het Canal du Nord bijna uit elkaar valt. We komen geen scheepvaart meer tegen op deze toch grootste rivier van Frankrijk. Janarie en ik varen verder richting Limay. Er liggen her en der eilandjes in de Seine, goed opletten dus. Twee puntjes op de radar blijken twee boeien te zijn die een zandbank aangeven. Ik vaar daar te krap langs en stuur op aanwijzing van Janarie er flink ruim omheen. Rond enen draai ik langs de tonnetjes de haven van Limay in. Best lastig om alleen met het radarscherm die tonnetjes te ronden maar het lukt. Het is net zo'n computerspelletje. Het next level ontbreekt alleen nog!. We moeten morgen lossen onder een overkapping en dus moet mijn auto eerst van de luiken af. Die zetten we op de dichtst bijzijnde kade. Om kwart voor twee lig ik eindelijk in mijn bed!

Dinsdag 8
Om 9.00 uur staat het ontbijt al klaar. Ik bespeur nog geen losactiviteiten. We zullen ons toch niet voor niks uit de naad hebben gewerkt?! Maar tijdens de maaltijd worden we toe geroepen, Of het schip naar achteren kan? En het lossen van de rollen staal begint. Het schip komt flink omhoog als er een rol uitgetild wordt. Ze gaan meteen de grote hal in. Of de keggen en de latten er mee uit moeten?, Nee gebaart Janarie, Die mogen blijven liggen. Kan ik er niet een aantal krijgen?, Ja, ze zijn voor mij, mooi, stoken! Een man komt aanlopen, wenst me goedendag en informeert of die auto van ons is. Die staat op eigen terrein! Ja dat klopt, na het lossen pikken we die weer op. Hoe lang dat nog duurt?, maximaal een uur. Blijkbaar tevreden met het antwoord loopt hij weer terug. Een locomotief met een viertal wagons komt op de kade aanrijden en de machinist zet de trein stil onder de overkapping. Precies in de baan van ons loswerk. De kraanmachinist begint luidkeels te roepen en al handgebarend zijn ongenoegen kenbaar te maken. Even later zet de trein zich weer in beweging tot deze uit onze losbaan is. De trein voert staalplaatjes aan Uit Scandinavië lijkt wel, moet dat niet per schip eigenlijk? Kort na de middag maken we weer los, hijsen mijn auto weer aan boord en draaien de Seine weer op, terug richting Parijs. Ik ben zo duf als een konijn en ik besluit een tukje te doen in de zon, uit de wind, achter de stuurhut op het roefdek, op mijn jas, heerlijk! Als ik weer overeind kom is Janarie hetzelfde gaan doen. Henny stuurt. Ik ruim het ruim leeg. Ik prop zo veel mogelijk keggen in mijn auto als verantwoord is en gooi de rest omhoog, op het voorste luik. Als ik de latten verzameld heb en het ruim aangeveegd heb, komt Janarie kijken hoe ver ik ben. Nou klaar dus! Het wordt alweer een latertje, we varen 's avonds door Parijs. De Eiffeltoren is feeëriek verlicht en straalt als een vuurtoren een lichtbundel in het rond. Ook de stad en bruggen zijn verlicht, Parijs heeft toch een hele eigen sfeer, dat zie je in Rotterdam niet. Er varen zelfs nog laat rondvaartboten rond en op anderen zitten gasten aan het diner. Het stikt er van de woonschepen waar je nu leuk naar binnen kunt kijken. Laat maken we vast.

Woensdag 9
Weer op tijd opstaan, door de sluis en verder de Seine op. Ik vaar een groot deel van de ochtend maar het kost soms het moeite om mijn ogen open te houden. Het is heerlijk achter het warme glas en het trage tempo van het varen activeert niet echt. Het naar voren turen, kijkend over de blinkende aluminium luiken en het schitterende wateroppervlak is heel vermoeiend. De Seine is redelijk breed en overzichtelijk. Er staat toch nog wat stroming. Ik smokkel soms wat door een binnenbocht om de stroming wat te ontwijken. Op een gegeven moment zit ik achter een groep kano-vaarders (skifs) waar omheen twee motorbootjes varen die blijkbaar instructies geven. Ze zitten steeds voor mijn kop, ik word er wat nerveus van. Op een gegeven moment verdwijnt er eentje in de dode hoek voor de kop. Als ik hem niet direct terug zie, sta ik op en wil mijn hoofd door het luik van de stuurhut steken om te kijken waar hij is, maar ik heb net dat luik dicht geschoven: Ik knal er tegenaan en wat beduusd val ik terug in mijn stoel. Jeetje, dat doet echt zeer! Mijn nek doet ook zeer! Heb ik nu een whip-lash? Geleidelijk wordt het minder dus het zal wel mee vallen. Ik besluit terug te gaan naar stuurboord om van dat gehannes af te zijn. Na de lunch ga ik nog een paar uur bij pitten, Ik ben redelijk brak. Verder in de middag na de laatste sluis op de Seine, komen we in de buurt van de afslag naar het canal du Loing en gaan Janarie en Henny samen afbreken. Ik weet ongeveer waar ik moet draaien naar stuurboord als opeens het roerwerk niks meer doet. Het schip reageert niet meer op het stuurpookje. Een beetje zenuwachtig roep ik Henny, die het dichtst in de buurt is. Ze heeft net het computerscherm afgekoppeld en weggehaald uit de stuurhut. Zij probeert wat maar ziet niet een, twee, drie wat er aan de hand is. Ze roept Janarie, Die wat nukkig uit de machinekamer omhoog komt. Ondertussen koers ik op een tegemoetkomende spits af die gelukkig eieren voor z'n geld kiest en flink bij stuurt. Janarie ziet gelukkig vrij vlot wat er aan de hand is. Het uitknopje staat naar beneden. Henny heeft zeker bij het afbreken met een kabel per ongeluk het stuurwerk uitgezet. Janarie verdwijnt weer naar de machinekamer. Henny en ik kibbelen nog even over waar we nu zijn en in de consternatie zijn we even de draad kwijt. Ik moet hier toch naar stuurboord en ik laat het schip flink draaien. We draaien het kanaaltje in. Het eerste deel ligt weer vol met woonboten, wel veel, leuk! De eerste spitsensluis in, hun auto gaat op de kant, die halen ze aan het eind van de week weer op. Daarna verdwijnt de stuurhut boven mijn hoofd en wordt deze in het ruim gezet, net als mijn auto en de speedboot en de jetski en de mast. We varen verder in de open lucht. Dit is weer een echt leuk kanaaltje. Beperkte afmetingen, veel groen en stilte. De volgende sluis staat open en we varen er in. De sluiswachter is al naar huis zeker? Dus we sluiten zelf de deuren en blijven in de sluis overnachten. Prachtig! Ik hoor alleen water stromen over een deversoir, een overstort. Ik strooi de zakken koolzaad in de berm ergens leeg, resten uit het ruim. De vogels of de muizen zijn er, neem ik aan, blij mee. We hebben weer vroeg vrij vanavond. Eerst aan tafel. Henny heeft drie glazen Bombardin klaargemaakt: Specialiteit uit de Dolomieten. Een soort advocaat, warm uit de oven en een flinke toef slagroom erop, zo! Dat smaakt goed, zo bij de tv. Janarie vindt het niet zo lekker dus ik werk zijn glas ook weg. Ik heb tenslotte vakantie niet waar! Na een nachtelijke wandeling duik ik in mijn nest.

Donderdag 10
Om half acht op en we varen zelf de sluis weer uit voordat de sluiswachter op komt dagen. Wat een mooi kanaaltje. Ik vaar weer veel en geniet bij het leven. Dit is mooi. Veel groen, leuke dorpjes. Je kunt ergens bij de sluis een komplete maaltijd voor 13 euo krijgen! Dat is toch niet veel! Her en der oude gesloten bedrijfjes. Een paar watermolens. Karakteristieke huisjes. Tijdens de middag verlaten een aantal personen het plaatselijk cafe en komen naar die spits in de sluis kijken en maken een praatje. Na een Port de Garde varen we op de rivier de Loing zelf en even later, Als ik Janarie vraag welke overspanning ik van de volgende brug moet nemen, antwoord hij; Geen van beide, want we gaan naar stuurboord er weer vanaf. Weer meteen een sluisje in, Het is lastig het schip er na die scherpe bocht er recht voor te krijgen. Op aanwijzingen van Janarie lukt dat redelijk. Als ik maar langzaam in vaar en de tijd neem gaat het meestal goed. Als ik wat sneller in vaar moet ik soms verschillende dingen tegelijk doen en die routine heb ik nog niet. Een klapje achteruit, schroef er op, de kop naar stuurboord, de kont ook, te ver, een beetje terug, jeetje, dat werkt niet. Toch komen we in Montargis aan waar we draaien en het schip onder de laadpijp leggen. Een medewerker roept dat we morgen ochtend om 8 uur aan de beurt zijn. Henny moet dat nog zien. Het ruim weer leeg, mijn auto op de kant, de stuurhut er weer op, voor- en achterpiek weer legen en alles weer in orde maken. Tijdens een van mijn sluisinvaaroefeningen heb ik met een zij de sluismuur flink geraakt en Janarie meldt dat twee spanten wat krom staan. De verf is er af. Dat is echt balen. Ben ik al echt blij dat ik mee mag varen en mag oefenen op andermans schip en als er dan schade ontstaat is dat ronduit ku! Ik ben blij als Janarie mij vraagt om hem te helpen om de twee spanten weer terug te zetten. Kan ik het nog een beetje goed maken. En met slijpen en lassen heb ik wel wat ervaring gezien de doorlopende restauratiewerkzaamheden aan mijn citroën-HY. Hij slijpt het spant ter plaatse van de kromming door en we duwen het spant dan terug met een krik en een lange stalen buis die we op een van de metalen balken lassen in de vloer van het schip. Hij last de naad dan weer dicht en voila, het spant staat weer recht. Een beetje verf erop en opruimen. Toch een groot deel van de avond mee bezig!. Ik had me al afgevraagd waarom een groot aantal spanten van die horizontale lasnaden had, maar nu weet ik dat. Ondanks dat de aanleiding wat minder was, heb ik wel weer wat opgestoken vanavond! Janarie oppert dat ik morgenochtend tijdens het laden de Pont Canal de Briare ga bekijken dat is niet zo ver uit de buurt. Een goede vriend van mij woont in de buurt van Gien, maar als ik hem bel, blijkt dat hij morgenochtend niet thuis is. Gewoon aan het werk! Janarie spelt de naam van Rogny les sept ecluses. Daar is een oude sluizentrap te zien. Goed idee!

Vrijdag 11
Om 7.45 uur op. De luiken open geschoven, De ijken opgenomen en ontbijten! Ik rij daarna naar Briare met behulp van mijn Tomtom. Halverwege bedenk ik opeens dat ik mijn telefoon niet bij me heb! Jeetje, Henny zei nog zo, neem je telefoon mee! En als het wat later werd zei Janarie, kun je ons bellen en dan pikken we je wel weer op in een sluis op de terugweg! Dat wordt zoeken straks dus. Het is duidelijk nog geen toeristisch seizoen, het is er redelijk stil. In de naast gelegen jachthaven is een man in alle rust zijn jachtje aan het wassen, twee vrouwen met een hoofddoek zitten in de ochtendzon op een bankje aan de waterkant en babbelen in een voor mij onbekende taal. Op een kleine brug staand ligt de kanaalbrug recht voor mij uit, over de rivier de Loire. Een imposant bouwwerk, volgens een typeplaat uit 1893! Indrukwekkend is ook de majestueuze afwerking in de vorm van fraaie gietijzeren lantarens en beelden en schilden. Die Franse grandeur straalt er wel een beetje vanaf. Een zeiljachtje met neergelaten mast vaart onder mijn brugje door, richting pont canal. Beide mannen staan aan dek hun entree te filen. Het heeft ook wel iets surrealistisch. Je zoekt je eigen decor op, Maar ja, dat doe ik ook eigenlijk. Ik loop het bruggenhoofd op en er onder door. Aan de andere kant ontwaar ik de naam van Eiffel op een gedenkplaat. Ja, dat zou best kunnen, geklinknageld ijzerwerk was zijn specialiteit! Daarna door naar Rogny. Ik ontwaar al snel de lege sluizentrap. Verstilde geschiedenis! De aan één geregen kolken liggen er leeg en verlaten bij. Het nieuwe kanaal loopt er omheen, voorzien van 4 sluizen op spitsenmaat. Er wordt gewaarschuwd voor danger de chute: valgevaar. Kun je wel stellen, de lege kolken zijn flink diep. Het kanaal is gebouwd in 1640, jeetje wat een bouwwerk voor die tijd. Allemaal handwerk. Zouden ze ook budgettaire overschrijdingen hebben gekend, zoals wij met de HSL of de Betuwe-lijn? Ja, hoor, het werk heeft een flink aantal jaren stil gelegen, geen financiers! Ik rij terug, mijn benzine lampje knippert al een tijdje. Zou Janarie nog aan het laden zijn of is hij al vertrokken? Hij is niet zo moeilijk. Ik hoop in Montargis een pomp te vinden, nog 29 km, dat zou moeten kunnen, maar erg lekker zit ik niet. Ik kan ze ook niet bellen. Goed, stel ik mezelf gerust, ik weet waar we op de heen weg gevaren hebben, dat moet ergens lukken. Ik wijs op mijn Tomtom een plaats boven Motargis aan, daar moeten ze volgens mij ongeveer liggen. Een tankstation, gelukkig, dat rijdt een stuk relaxter! Verder, het is al 11.30 uur. Ik kom te hoog uit, noordelijker dan dat ik had verwacht. Ik rijdt binnendoor min of meer parallel aan het kanaal terug. Hadden we die sluis nou al gehad of moet ik nog verder? Er ligt een schip in de sluis, verhip, dat zijn ze!, ik stop. Een auto achter me toetert! Ja, krijg de hik, rij door. Ze liggen af te schutten en ik kan er mooi op in de sluis. Hehe, dat is dat. Het schip is nog stoffig van het laden en ik bied aan het schip af te spuiten. Het is 14 graden buiten en ik rol mijn broek op en trek mijn jas uit. Niet erg om nu met water te spelen. We varen weer terug door het erg mooie kanaal du Loing, Het blijft leuk. We maken om zessen 's avonds vast na de laatste sluis. Een klein stevig steigertje aan stuurboord biedt wat houvast. Maar we komen niet echt in de buurt zelfs en Janarie roept maak maar vast! Ik probeer vanaf de luiken een strop om een van de bolders op het steigertje te gooien, we liggen er ongeveer 2 tot 3 meter er vandaan en zelfs een beetje tot mijn verbazing lukt dat bij de tweede poging. Henny doet ook een poging en bij de eerste lukt dat meteen, ook een beetje tot haar verbazing, mijn ego krijgt een deukje. Nou, op tijd klaar vandaag!

Zaterdag 12
Om 8.15 uur op. Het is best lastig om van deze afstand de trossen weer los te krijgen van de bolders. Na enig gestuntel en pas nadat ik weer op de luiken ben gaan staan lukt het me de trossen over de bolders te wippen. We komen weer vrij uit de modder en we zijn weer op weg. Op zaterdag schutten ze hier pas om 9 uur dus bij de volgende sluis moeten we weer even wachten. De zon komt op en laat de temperatuur redelijk vlot oplopen. Langs sommige delen van het kanaal staan prachtige rijen platanen, die geven het kanaal een vorstelijk aanblik. Een tegenligger blijft geduldig achter een brug op ons wachten. Toevallig is daar een wat breder stuk en ik vaar er rustig langs. Wat laat draai ik weer terug naar het midden van het vaarwater, daar waar het bredere stuk ophoudt en prompt valt het schip scheef en glijden we vast in de modder. Ik hoopte eigenlijk dat de tegenligger door zou varen maar dat deed hij niet. Vooruit helpt niet meer, achteruit geeft weer wat bewegingen en een klapje naar stuurboord doet de rest. Langzaam glijden we van het bultje af en weer verder. Voor Nemours wil ik snel Janarie helpen met schutten, het is middagpauze en de sluiswachter is eten. Ik glij van de stuurstoel af en stoot een glas vruchtensap over het dashbord om en ik kijk vertwijfelt wat ik nu weer heb aangericht. Henny roept: Ga maar naar buiten. Na het uitvaren is Henny nog bezig met de laatste resten vruchtvlees tussen de knoppen te verwijderen. Heb ik natuurlijk weer. In de volgende sluis schutten we weer zelf. Die schipperstaal is wel leuk: Janarie vraagt of ik een beetje water wil geven!? Aan welke planten?, ik snap daar niks van, zeg ik ook, dacht ik wel zegt Janarie. Een verlaat achter het schip open draaien waardoor we sneller de sluis uitspoelen, oooh, dat! En dan weer tijdig aan boord zien te komen! Na de lunch ga ik weer van boord, nog een flink eind rijden voor de boeg. Het was weer een erg mooie week! Ik heb erg genoten van de gastvrijheid van Henny en Janarie!

Zondag 13
Niet vroeg opstaan en dan nog tijd hebben om langs de bakker te gaan voordat de sluis begint. Omdat ik weet dat het hier mooi is in Moret sur Loing loop ik even door om de oude watermolen en stadspoort op de foto te zetten. Jammer dat de zon er nog niet bij is. Als ik terug bij de sluis kom zie ik dat Henny al heeft losgegooid en midden in het kanaal drijft. Nou, Dan blijf ik hier mooi wachten tot ze is ingevaren. De deuren gaan zelfs een paar minuten voor negen uur open. Ze vaart in en ik maak vast. Nog ééntje en we zijn terug op de Seine. O'ja das waar ook, Hier hebben ze ook middag pauze op zondag. Wat is dat irritant zeg.

Maandag 14
Bij de sluis van Ablon komt als wij uitvaren net de “rive gauche” terug in bedrijf. Jammer dat die niet een half uurtje eerder gereed was. Het had ons wat wachten kunnen besparen. Maar het werd in ieder geval tijd ook, want die sluis aan de linker oever is wel heel lang gestremd geweest. In Port l'Anglais duurt het wel heel lang voordat de sluiswachter de deuren sluit. Dus meld maar even dat we er in liggen en vast gemaakt hebben. Ja, dat weet ik , maar krijg de deur niet dicht. Als na een tijdje een opvaart zich meld zegt de sluiswachter dat hij wel rustig aan kan doen, want hier zijn zowel de sluis aan de linker als aan de rechter oever defect. Gelukkig is de sluis waar wij in liggen nog zonder computer mechanisch te bedienen zodat we in ieder geval kunnen afschutten. En zowaar nog dezelfde alternat kunnen halen al moet ik er nu wel mijn best voor doen.

Dinsdag 15
De sluiswachter in Isle Adam waarschuwt dat er in Boran geen sluiswachter is en adviseert me rustig aan te doen. Je vraagt je dan toch af waarom iemand zo dringend weg moet zo midden op de dag. Mogelijkheden genoeg te bedenken. Tegen de tijd dat we bij de bewuste sluis komen is de vervangende sluiswachter ter plaatse. Een schutting op en ééntje af en het is alsof er niets aan de hand was.

Woensdag 16
Zal ik er nu alvast af stappen om een broodje te gaan halen vraagt Henny. Net op dat moment gaat de sluisdeur open. Nou dan wacht ik wel even tot in de sluis. Terwijl er 2 deuren zijn gaat er maar 1 open. De sluiswachter vraagt of we via de ene open deur willen invaren, want de andere wil niet open. Dus varen we voorzichtig in. Wel grappig dat zoiets hier nog kan. Ik had hetzelfde eens bij het uitvaren van Hastiere of Walsaurt. Dus zeg tegen de sluiswachter daar dat we wel via de ene deur kunnen uitvaren, maar dat mocht absoluut niet. Terwijl het nog niet zo lang daarvoor handbediende sluizen waren en in die tijd gebruikelijk was dat er voor een spits maar één deur open werd gedaan.

Donderdag 17
Wat is er toch aan de hand deze reis. Sluis 10 Canal du Nord is kapot, volgens een paar buren was dat gisteren ook al eens het geval. Wat precies het probleem is weet ik niet, Maar ze hebben de nood aggregaat geprobeerd en die deed het ook niet. Waar een Franse buurman het volgende over opmerkt. “Dat verbaasd mij niets dat is toch normaal in Frankrijk”.

Vrijdag 18
Of ik mee wil doen aan een telefonische enquête van Cargill over de spitsenvaart? Normaal ben ik niet zo van de enquêtes. Het kost je altijd maar een paar minuten tijd, maar voordat je klaar bent ben je toch meer als een paar minuten kwijt. En dan is het dankjewel en hun spelen mooi weer met jouw kennis. Om je toch over te halen mee te doen maak je dan vaak KANS op een ipod of andere prijs. Maar ja als je een lot koopt maakt je ook kans op de jackpot. Sorry, maar hij is wéér niet gevallen. Volksverlakkerij. Toch maak ik voor deze een enquête een uitzondering, Omdat ik wel wil weten hoe professioneel de enquête is opgezet en wat men precies wil weten. Of dat men eigenlijk een rechtvaardiging zoekt voor een reeds gemaakte beleidskeuze. Uit de vragen proef ik al welke kant men op wil. Hoe oud bent u? Hoe lang wilt u nog varen? Hoe oud is het schip? Hoe oud is de motor? En wanneer is of word hij gereviseerd? Op het zelfde moment kom ik een jonge collega tegen op een Canal du Nord schip die een praatje wil houden. Als ik hem even later terug roep met het excuus dat ik net de Cargill aan de lijn had. Antwoord hij. “O zeker voor die enquête, die hebben mij net ook gebeld!”. Dat is vreemd, want hij zou over de spitsenvaart gaan. Omdat de buurman en ik nog ver van het pensioen af zijn en nog wel even door willen, dus de gemiddelde leeftijd behoorlijk naar beneden halen, vind ik het prima zo.

Zaterdag 19
Dat is niet zo mooi, we moeten de brandstoftanks weer vullen, ofwel gewoon bunkeren. En dat is een zeer prijzige aangelegenheid tegenwoordig. Het voordeel van enorm dure olie is dat andere artikelen helemaal niet zo duur lijken, terwijl ze toch veel goed kosten. Zo komt het dat een nieuw touw dat nog langer is dan het schip net zoveel kost als een halve kuub gasolie. Wat wel heel mooi is, is de zonsondergang in Zeeland vanavond. En de opkomst van de maan. Die lijkt vanavond wel veel groter als anders, dichterbij misschien. Hij kleurt van donker rood naar helder geel. De volle maan is goed te zien bij de heldere hemel. Voor de zekerheid controleer ik mijn huid op overdadige haargroei op ongewone plekken.

Zondag 20
Waar zullen we eens langs varen. Zuid Willemsvaart of Wilhelmina kanaal? Het is nog winterseizoen dus op zondag is er op beide kanalen geen bediening. Als we doorvaren naar Engelen zijn we morgen eerder in Lieshout en kunnen we vanmiddag nog bij collega's op visite, maar die liggen thuis en hebben dan waarschijnlijk helemaal geen tijd. En er is buiten Engelen geen autosteiger, dus de auto kan niet van boord. In Oosterhout kan dat wel. En aangezien we in Lieshout niet alleen zullen zijn maakt het niet zoveel uit als we daar een paar uur later aan komen. Dus besluiten we om morgen via het Wilhelmina kanaal te varen en nu een vrije middag te hebben.

Maandag 21
Vanmorgen zijn we met twee spitsen om op te schutten. Beide bestemming Lieshout. We blijven de hele dag samen varen. Door Tilburg met zijn vele klapbruggen, wat dat betreft lijkt het wel een beetje op het Canal Marne a la Saône. Verderop is de omgeving bosrijker en komen we langs de Beekse bergen. Eigenlijk is het hier wel mooier als over Veghel als je het mij vraagt. Alleen het is nog best een langdurige geschiedenis hier langs varen. Want voordat we in Lieshout zijn is de dag ver om. We kunnen net onze dag nog halen. Dat betekend dat je voor 1800 uur losgereed gemeld bent bij de ontvanger, zodat officieel morgen je lostijd in gaat. Waren we bijvoorbeeld pas om half zeven op de losplek dan zou morgen je melddag zijn en overmorgen pas de eerste losdag. Alsof je zomaar uit de lucht komt vallen en er helemaal geen moderne communicatie middelen bestaan. Die wet is natuurlijk behoorlijk achterhaald. En de melddag zou op zijn minst geheel geschrapt moeten worden. Maar de wet, hoe ouderwets ook, is nog steeds van kracht.

Dinsdag 22
Gisteravond zijn er nog een paar schepen toe gekomen, zodat er nu 5 spitsen liggen om te lossen. Of dat vandaag zal lukken is nog maar de vraag. Maar men doet in ieder geval zijn best, want wij zijn voor kantoortijd al leeg. Dan zoeken we een rustig plekje in de buurt. Een volgende reis laat even op zich wachten. Op zich is dat een keer niet zo erg, dan kunnen we wat onderhoud aan het schip plegen.

Woensdag 23
Nu we hier toch liggen kan T ook een paar schooldagen meepikken. In Lieshout zit een school die ook kinderen van de L.O.V.K. (Landelijk onderwijs voor varende kleuters) laat mee draaien. En T is zo'n kind, die de “kleuterschool” aan boord doet. En les krijgt van mama. Dit alles begeleid en ondersteund door mobiele mentoren die af en toe aan boord komen om te toetsen hoe het kind zich ontwikkeld. Zo kan een les programma daar op aangepast worden.

Reactie van
Rene
\\\"Mobiele mentoren\\\", ik kreeg daar zo een beeld bij van iemand met aangeschroefde wielen. Alle gekheid op een stokje, het is erg mooi dat dit zo dus kan.

Donderdag 24
Mooi plekje is het hier, bosrijke omgeving, zandpad naast het schip, geen woningen dichtbij. Dat is wel zo fijn als je in de weer bent met een luchtbikhamer die veel herrie maakt.

Vrijdag 25
Dat vindt ook de man dit hier woont in het dichtstbijzijnde boerderijtje. Hij vraagt hoe het komt dat we nu al een paar dagen hier liggen, want de meesten varen alleen maar langs. Een enkeling overnacht hier. Dat was het dan wel. Ik antwoord dat er niet meteen een werkje was en het mooie weer mij aanmoedigde om wat scheepsonderhoud te gaan doen. “ge he geliek, da is hier uhne goe kantje veur en ge steurd gene mens”.

Zaterdag 26
Een mindere dag. Hoewel, de kinderen denken daar anders over, want die hebben een boomhut gevonden. In het bosje naast het schip is flink gesnoeid en er is behoorlijk wat blijven liggen. Omdat het vandaag niks warm is sluiten we af met een kampvuurtje.

Zondag 27
Ai, dat zandpad naast het schip is mooi, maar in het weekend komen er zoveel auto's, motorfietsen, quads en jeeps langs dat het wel heel erg stuift en dat waait allemaal in je lak dat is minder.

Maandag 28
Yes, één kant klaar. Pffff dan zijn we nog maar op de helft, zucht.

Dinsdag 29
Vandaag krijgen we bezoek van een RWS ambtenaar. Hij vraagt wat we aan het doen zijn, terwijl hij dat best al wel gezien heeft. De man is van mening dat we hier al te lang liggen en dat scheepsonderhoud hier niet de bedoeling is. De man gaat er werk van maken zegt hij. Om ons te bekeuren roept hij de hulp van een collega in die buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) is. Zijn collega relativeert de opvattingen van zijn collega behoorlijk en adviseert ons wel om er mee te stoppen en ergens anders heen te gaan. Maar omdat T hier op school zit mogen we nog wel tot het weekend blijven liggen.

Woensdag 30
Dat doen we niet en gaan vertrekken naar de thuishaven. Moet wel zeggen dat we behoorlijk getwijfeld hebben om nu meteen maar een reis aan te nemen. Maar wanneer heb je dan weer tijd om de andere kant te doen. En nu sommige plekken helemaal kaal gemaakt zijn lijkt het geen goed idee om lang te wachten voor er weer wat op te smeren.

Donderdag 31
Gisteravond zagen we familie liggen, dus zijn we daar langszij geschoten. Dan blijft er voor vandaag een stukje Merwede kanaal over om te doen. Na de middag kan T weer naar school. Henny doet werkzaam heden voor haar bijbaan en ik ga verder met scheepsonderhoud.

 Februari
2011
  
 April
2011